maandag 29 maart 2010

Update

Hier volgt een update van mijn onderzoek.

Inmiddels kan ik al wat antwoorden geven over mijn deelvragen.
De eerste deelvraag: Welke verschillende rekenstrategieën zijn er?
Tijdens de lessen RWD heb ik kennis gemaakt met verschillende rekenstrategieën. Er zijn heel veel rekenstrategieën. Per basisbewerking (optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen) zijn verschillende rekenstrategieën. Dit is dus erg breed. Op welke rekenstrategieën moet ik mij gaan richten?

De tweede deelvraag: Welke rekenstrategieën komen voor in mijn klas? (Wie rekent op welke manier?)
Om hier achter te komen, heb ik vier leerlingen dezelfde opdrachten gegeven. Hier kwamen opvallende dingen naar voren. Drie van de vier leerlingen bevinden zich opformeel niveau, wat betekent dat ze gebruik maken van strategieën zonder aantekeningen te maken. Een leerling zit op semi-formeel niveau. Deze leerling heeft hulpmiddelen nodig om de sommen uit te rekenen.

De derde deelvraag: Welke rekenniveaus komen voor in mijn klas?
In mijn klas zitten de meeste kinderen op formeel niveau. En enkeling bevindt zich op semi-formeel niveau. De kinderen kunnen goed rekenen.

De vierde deelvraag: Welke manier van uitleggen past het best bij het kind?
Deze deelvraag is lastiger te beantwoorden dan gepland.


Verder heb ik, aan de hand van een steekproef, geobserveerd welke kinderen actief meedachten met de les en welke kinderen niet. Ook heb ik hierbij gekeken naar welke kinderen een inhoudelijke vraag hadden aan het eind van de uitleg en of ik hier een verband tussen kon zien. Met een inhoudelijke vraag bedoel ik dat de vraag over de inhoud van de uitleg moet gaan en niet over "hoe moeten we het opschrijven in ons schrift?".

Nadat ik dit op een rijtje gezet had, zag ik dat vooral de kinderen die niet betrokken waren tijdens de uitleg inhoudelijke vragen hadden.
Hierdoor ging er een belletje rinkelen. We hebben het op school gehad over de gouden lesopening. DIT ontbrak er bij mijn lessen. Ik heb geen leuke, boeiende lesopeningen gebruikt, waardoor de kinderen niet geboeid waren.
De les erna probeerde ik dit wel. En ik zag meteen resultaat. De kinderen waren betrokken. Zodra ze even weg waren, waren ze er zo weer bij. Tijdens de uitleg probeerde ik ook veel interactie te bewerkstelligen tussen de leerlingen en mij.
Dus..... de onderzoeksvraag die ik bedacht had, is eigenlijk een stapje te ver. Allereerst moet ik ervoor zorgen dat de kinderen geboeid zijn tijdens de rekenlessen.
Daarom verander ik mijn onderzoeksonderwerp, het gaat nu over "gouden lesopeningen".
In mijn volgende blog ga ik hier verder op in.

1 opmerking:

  1. Dag Evianne,

    Goed dat je naar aanleiding van je ervaringen tot nu toe je onderzoek weer bij kunt stellen en aan kunt scherpen.

    BeantwoordenVerwijderen